introduction.tex

   1 \subsection{\textit{Piet}}
   2 \textit{Piet} is een esoterische, stack geori\"enteerde en ge\"interpreteerde
   3 programmeertaal die is ge\"inspireerd door de Nederlandse kunstenaar Piet
   4 Mondriaan.  Programma's geschreven vooor \textit{piet} kunnen eruit zien als
   5 abstracte kunst en worden aangeleverd als een afbeelding.  Een programma dat
   6 zijn doel nastreeft is bijvoorbeeld het volgende programma dat het woord
   7 ``\textit{Tetris}'' print en iedere groep blokken een blok is uit het originele
   8 \textit{Tetris} spel.
   9 \begin{figure}[h]
  10         \includegraphics[natheight=200px, natwidth=160px, height=50px, width=40px]{img1.png}
  11 \end{figure}
  12
  13 \subsection{Beschrijving en vergelijking met \textit{While}}
  14 \textit{Piet} en \textit{While} zijn beide imperatieve talen maar zijn toch erg
  15 verschillend als het gaat om variabelenopslag en instructies. \textit{Piet}
  16 slaat zijn variabelen op in een stack waar \textit{While} dit niet doet. In een
  17 toestand in \textit{While} kan iedere gedeclareerde variabele opgevraagd
  18 worden. Omdat \textit{Piet} de variabelen in een stack opslaat kan er alleen
  19 maar de bovenste waarde opgevraagd worden.\\
  20 In \textit{Piet} is een stack een geordende rij van gehele getallen. De stack
  21 gedraagt zich volgens het LIFO(Last in First Out) principe wat inhoudt dat er
  22 slechts \'e\'en element per keer kan worden opgevraagd en dat dat alleen het
  23 laatst toegevoegde element kan zijn.\\
  24 Instructies worden gegeven door het binnengaan van een nieuwe codel
  25 \footnote{Een codel is een blok $n\times n$ pixels waarbij $n\in\mathbb{N}$,
  26 een argument aan de compiler bepaalt de waarde van $n$. De standaard waarde is
  27 $1$} Als de kleur van de nieuwe codel wit of hetzelfde is als de codel die
  28 verlaten wordt zal er niks gebeuren, is de codel zwart dan wordt er een nieuwe
  29 richting gekozen door de interpreter. Alle andere kleuren beschrijven een
  30 overgang die te beschrijven is in twee parameters; tint en intensiteit. Beide
  31 parameters zijn cyclisch, wat betekent dat de opvolger van de grootste waarde
  32 de kleinste waarde is. Iedere mogelijke overgang beschrijft een instructie voor
  33 de interpreter. Deze overgangen zijn beschreven in tabel
  34 \ref{tab:in1}.
  35
  36 \begin{table}[H]
  37         \caption{Beide overgangcykels}
  38         \label{tab:in1}
  39         \centering
  40                 \begin{itemize}
  41                         \item{Tint:} rood$\rightarrow$ geel$\rightarrow$ cyaan$\rightarrow$ blauw$\rightarrow$ magenta
  42                         \item{Intensiteit:} licht$\rightarrow$ normaal$\rightarrow$ donker
  43                 \end{itemize}
  44 \end{table}
  45
  46 De instructies die de overgangen uitdrukken staan beschreven in de tabel
  47 \ref{tab:in2}.
  48 \begin{table}[H]
  49         \caption{Commando's}
  50         \label{tab:in2}
  51         \centering
  52                 \begin{tabular}{|l|l|l|l|}
  53                         \hline
  54                         Tint\textbackslash Intensiteit  & 0 donkerder & 1 donkerder & 2 donkerder\\
  55                         \hline
  56                         0 stappen       & -             & push                  & pop\\\hline
  57                         1 stap          & add           & subtract              & multiply\\\hline
  58                         2 stappen       & divide        & mod                   & not\\\hline
  59                         3 stappen       & greater       & pointer               & switch\\\hline
  60                         4 stappen       & duplicate     & roll                  & in(number)\\\hline
  61                         5 stappen       & in(char)      & out(number)   & out(char)\\\hline
  62                 \end{tabular}
  63 \end{table}